Mijn opa had vroeger een grote moestuin. Hij teelde zijn eigen aardappels, boontjes, kolen, sla, kersen, aardbeien, een complete groentewinkel in zijn achtertuin dus. Het liefste zou ik ook zo’n groentetuin hebben, maar dat is vrij lastig in mijn studentenoptrekje. Wel heb ik een vensterbank vol kruidenplantjes. Leuk, maar als het hoogzomer is en ik ga een weekendje naar mijn ouders kan ik de hele voorraad weer weggooien omdat alles verdord is. Gelukkig heb ik daar nu een oplossing voor met het sllimme Waterwick systeem. In deze blogpost leg ik je uit wat dat is en geeft ik je tips en tricks om verse kruiden te gebruiken.
Het geheim van de Waterwick is dat touwtje. Het touwtje is bevestigd aan het potje van de kruidenplant en hangt in een laagje water in de blauwe pot. Op deze manier zorgt het touwtje ervoor dat de potgrond vochtig blijft. Het enige wat je hoeft te doen om je plantje in leven te houden is regelmatig een scheut water in de blauwe pot doen. De Waterwick doet de rest.
Ik vind het systeem super handig. Doordat het touwtje de grond vochtig houd, geef je je kruidenplant nooit te veel water. Iets wat bij mijn nog al eens voorkwam. Ook kan ik nu met een gerust hart een aantal dagen op bezoek bij mijn ouders, zonder dat ik bang hoeft te zijn dat mijn kruiden het loodje leggen. Kruidenplantjes met het Waterwick systeem zijn vanaf woensdag te koop bij Hoogvliet supermarkt.
Aan verse kruiden heb ik nu dus geen gebrek meer, maar wat doe je met al die frisse, groene kruiden? Hier zijn mijn favoriete manieren om verse kruiden te gebruiken.
1. Verfrissend kruiden water
Water drinken, het blijft een dingetje voor mij. Ik weet hoe belangrijk het is om minimaal 2 liter binnen te krijgen, maar toch schiet dat er nog al eens bij in. Een manier die mij helpt om meer te drinken is om mijn water extra lekker te maken. Kruiden zijn daarvoor ideaal. Een aantal lekkere combi’s zijn: aardbei-basilicum, munt-limoen en komkommer-sinaasappel-tijm. Nog een tip: kneus de kruiden even voordat je ze in het water doet. Zo geven ze nog meer smaak af.
2. Kruidige salades
Ook salades kun je net wat specialer maken door er verse kruiden aan toe te voegen. Denk maar aan de Libaneese Tabouleh. Een salade van bulgur met munt en peterselie. Maar ook een Hollandse salade met kropsla, komkommer en tomaat wordt extra lekker met wat bieslook of peterselie. Een van mijn favorieten is deze quinoa-kikkererwtensalade met peterselie en basilicum. Voor 1 persoon heb je hiervoor het volgende nodig: 50-60 gram quinoa, 1 klein blikje kikkererwten, een handje verse peterselie en basilicum, een handje pompoenpitten en wat feta.
3. Spreads, dips & dressings
Er zijn verschillende spreads, dips en dressings op basis van kruiden. De bekendste is natuurlijk pesto. De Italiaanse spread op basis van basilicum, pijnboompitten, parmezaanse kaas en olijfolie. Maar je kunt ook eens aan de slag gaan met een Argentijnse chimichurri, heel lekker bij steak of kip of een green goddess dressing. Die naam alleen al klinkt goed toch?
4. Fruit & herbs
De combinatie fruit en kruiden is misschien iets minder voor de hand liggend, maar je kunt er verrassend lekkere smaakcombinaties mee maken. Deze bruschetta met ricotta, aardbeien en basilicum is bijvoorbeeld een match made in heaven. Maar combineer basilicium ook eens met watermeloen en feta voor een lekkere salade. Of grill wat ananas ringen en serveer deze met wat yoghurt en munt.
5. Kruidenblokjes
Heb je na al deze ideetjes nog steeds een berg kruiden over, vries ze dan in! Snijd de kruiden fijn en meng ze met wat olijfolie. Breng het eventueel op smaak met wat knoflook, rode peper of zout en schep het mengsel in een ijsblokjesvorm. De bevroren kruidenblokjes zijn ideaal om mee te koken. Wil je een pasta maken? Gebruik dan 1 of 2 kruidenblokjes in plaats van boter of olie om je saus mee te maken.
Deze blogpost schreef ik in samenwerking met Waterwick. Lees hier mijn disclaimer over samenwerkingen.
No Comments